Connect
To Top

Mama Fenneke: Monsters. Volgens Ruben zit het huis er vol mee…

Mijn man is vijfenzeventig procent van de dagen en nachten niet thuis dus dat betekent dat ik er grotendeels alleen voor sta. Overdag vind ik dat geen probleem maar de nachten zonder hem, samen met de kinderen vind ik nog steeds niet zo prettig.

Een beetje eng

Regelmatig zit ik midden in de nacht rechtop in bed wanneer ik iets verdachts hoor. Ruben lijkt wat dat betreft op zijn moeder en is ook geen held. Wanneer hij iets van zijn slaapkamer wil pakken dan moet ik mee en als ik zelf maar vijf minuten boven ben hoor ik meteen onderaan de trap: “Mama, wat ben je aan het doen? Ik vind het een beetje eng beneden”. Goed, hij is pas vier dus dat kan nog goed komen.

Monstergespuis

Voor het slapen gaan moeten de monsters weggejaagd worden. Een hele serieuze taak want volgens Ruben zit het huis er vol mee. Monsters achter het gordijn, monsters in het toilet, monsters onder het bed en ga zo maar door. Hij zit momenteel in zo’n fase. “Mama”, zegt hij overtuigend terwijl hij mijn hoofd vastpakt, “er zit een monster achter het gordijn, kijk daar!”. “Nee gekkie, dat is gewoon schaduw!”, zeg ik kalmerend tegen hem.

Met enige aarzeling beweeg ik het gordijn heen en weer en laat zien dat de schaduw meebeweegt. Pfiew, het is inderdaad gewoon schaduw. Dat ik zelf geen held ben, hoeven de kinderen natuurlijk niet te merken. Mama treedt namelijk dagelijks heldhaftig op tegen divers monstergespuis.

Fantasierijk

Toen ik klein was woonden we boven de zaak van mijn ouders. De vriezer stond beneden in de kelder. Als ik het toetje moest halen na het avondeten rende ik zo hard als ik kon door de winkel naar de kelder. En daar zag ik het… Verstijfd bleef ik staan. Ik bleef ernaar staren en het staarde naar mij. Een eng donker gedaante op een kartonnen doos. Al kijkend naar het verschijnsel liep ik naar de vriezer.

Op school had ik een poppetje moeten maken van een grote aardappel en allerlei ander materiaal. Opeens zaten er van die rare enge gekronkelde armen aan! Mijn eigen werkje was veranderd in een monster! Ik sprintte naar boven en vertelde mijn horrorbeleving aan mijn moeder. “Dat zijn uitlopers, dat is normaal bij aardappelen die een tijdje liggen”, zei ze kalmerend.

Ik was een fantasierijk kind net als Ruben. Ook ’s nachts stond ik regelmatig voor uitdagingen en dan rende ik zo hard als ik kon naar de slaapkamer van mijn ouders en kroop ik snel tussen ze in. Dan was ik weer veilig en alle monsters waren verslagen die nacht.

Monsterangsten

Met Ruben zijn versierde plantenspuit ofwel de “anti-monsterspray” lopen we iedere avond door de slaapkamers. Ik kwam op internet tips tegen hoe kinderen van monsterangsten af kunnen komen. Ruben, die dondersgoed weet dat hij naar bed moet neemt uitgebreid de tijd om alles in te sprayen. “Ook beneden mama?”. “Nee, beneden zijn geen monsters”, zeg ik.

Na dit uitgebreide ritueel moet er nog gelezen en gezongen worden en het laatste woord van elk liedje eindigt op poep. Ook weer zo’n fijne fase: De poepfase. Het is alleen niet de bedoeling dat ik meezing met Rubens poepversie. Ruben moet dat zingen en ik moet keer op keer verbaasd reageren. “Wat zeg je? Poehoep? Neeeeee!”, zeg ik. “Het is toch slaap kindje slaap en niet slaap kindje poehoep!”.

Ook in zijn klas lijkt poep een hot-item te zijn. Al poependpraat hij met een aantal jongetjes in zijn klas. “Kijk poep!”, zegt de één, “wahaha plas”, zegt de ander. Ruben die op dreef is roept van alles door elkaar: “Scheetpoepplas!”, en het drietal ligt helemaal dubbel van de poeppret.

Lekker veilig bij mama

Na het bedritueel van monstersprayen en poepenzingen gaat Ruben onder het genot van een twintig minuut durende muziekdoos slapen. Samen kijken we nog naar de geprojecteerde sterren op het plafond van het muziekdoosje. Ruben ligt lekker veilig bij mama. En die monsters? Die verslaan we natuurlijk samen elke avond weer opnieuw. En wil je ons inhuren? Dat kan! Laat dan een reactie achter en we komen eraan!

Meer Gastblogs