Hier deel 3 van m’n blog. Vorige keer schreef ik over onze dochter Lize die na de diagnose eupluxatie en heupdysplasie een pavlikbandage kreeg tijdens onze vakantie.
Toen we de parkeergarage van Vumc uitreden waren we bijna thuis. Even kwam de gedachte in me op om niet meer terug te keren naar ons vakantie adres in Overijssel. Maar onze spullen lagen daar nog en bovendien was het niet eerlijk tegenover Sven. Ons roze wolkje in een harnas… ik had het er best moeilijk mee. Eenmaal terug in Overijssel ‘even’ naar het zwembad op het vakantiepark. Maar eerst: Lize voorzien van een schone luier. Dit was best een uitdaging. Het benen gedeelte van de pavlik is los te koppelen van het romp gedeelte. Maar zo onzeker als een nieuwbakken moeder haar eerste baby verschoond zo onzeker was ik over het wel of niet goed zitten van de Pavlik.
Een uurtje later in het zwembad zou ik met Lize aan een tafeltje langs de kant gaan zitten terwijl Peter en Sven een duik namen. Ze was al wat aan het jammeren, iets wat ze daarvoor nog nooit had gedaan. Ze lag in de wandelwagen maar al snel had ze daar niet veel zin meer in. Ik tilde haar op. In plaats van m’n zachte, wiebelige meisje had ik voor m’n gevoel een blok vast. Wat voelde dat raar. Haar beentjes stonden zowat naast haar rompje. Ik voelde een warme kriebel in m’n keel opkomen maar slikte deze snel weg. 4 maanden! Verzekerde ik mezelf. Dan zou alles goed zijn.
“Een krijsend meisje op m’n schoot. Het was wel duidelijk dat de spierpijn z’n entree had gemaakt. Ze was ontroostbaar.”
Een mevrouw van middelbare leeftijd, in een badpak daterend uit ongeveer 1970 liep langs en keek naar Lize, ze knikte vriendelijk en ging naar de douches. Ik knikte vriendelijk terug, probeerde niet te laten merken hoe m’n stemming op dat moment was. Een gezin, dezelfde samenstelling als het onze liep langs ons tafeltje, papa met een te strakke groene zwembroek en te veel borsthaar keek net iets te lang naar ons, mama glimlachte naar ons en ze verdwenen het zwembad in. Een dame, slank en waarschijnlijk al oma liep langs en ook zij keek net iets te lang. In eerste instantie dacht ik dat deze mensen keken naar m’n schattige baby. Een paar minuten later kwam het besef, pats boem!
Deze mensen hadden geen oog voor hoe schattig onze baby is! Ze hadden alleen oog voor wat er mis was met haar… En de vriendelijke knikjes waren niet uit vriendelijkheid maar uit medelijden! De warme kriebel in m’n keel kwam terug maar dit keer lukte het niet om hem weg te slikken. Ik werd verdrietig en boos! En daar zat ik, in een subtropisch zwembad met om me heen alleen maar mensen die plezier maakte. M’n inmiddels krijsende meisje op schoot. Het was wel duidelijk dat de spierpijn z’n entree had gemaakt. Ze was ontroostbaar.
Ik liep terug naar het vakantiehuisje, waar de huilbuien maar niet ophielden. Het liefste was ik nu thuis, in haar vertrouwde omgeving, waar haar eigen bedje staat. Hoewel Lize allang doorsliep veranderde dat vanaf die dag. De eerste 2 nachten in de pavlik sliep ze nauwelijks, misschien 2 keer 20 minuten aaneengesloten.
Dag 3 van de pavlik, als ik de orthopeed moest geloven moest na vandaag de spierpijn verminderen. Op het vakantie programma stond vandaag een dagje pretpark. Om de stoelgang een beetje op gang te houden en darmkrampjes wat te verminderen trappelen baby’s normaliter met hun beentjes. Iets wat kindjes met een pavlikbandage of andersoortig spreidbroek niet kunnen. Na 2 slapeloze nachten hadden we goede hoop dat ze vandaag weer eens een grote boodschap zou doen. Dat zou de darmkrampjes hopelijk iets verminderen en we hoopten des te meer de nachtrust bevorderen.
Door de spierpijn die ze had, had ze weinig trek, ze dronk bizar weinig. Peter gaf haar een flesje op een klein terras in het pretpark. Al snel kwam hij terug. ‘Het is denk ik te druk voor haar dus ik ga even op een rustiger plekje zitten’ en hij gebaarde naar een bankje onder een boom naast een kabbelend beekje. Prima, dacht ik. Al na een paar minuten kwam hij terug. Lize had geen zin in een flesje. ‘Pé?!’ ‘Wat is dat op haar hoofd?’ ‘Er zit denk ik een vliegje, haal eens weg’, ‘Nee… de andere kant’. Hij wreef over haar hoofd maar de vlieg ging niet weg. Ik besloot zelf even over haar hoofd te “vegen” maar nog ging het vliegje niet weg. Ik blies door haar dunne haartjes over haar geaderde hoofdje. Nope, het zit er nog steeds. ‘PÉ’!!!!! Dit is geen vlieg’! Bracht ik gepaniekeerd uit. ‘Dit is een TEEK, naar de EHBO, nu’!!!! Eenmaal binnen in het veel te warme EHBO gebouwtje constateerde de dame inderdaad wat ik ook al had geconstateerd: Er zat een teek in het hoofdje van ons meisje. De teek werd verwijderd.
“Ik werd ontzettend boos. ‘Ja mevrouw! Ze heeft veel pijn door de pavlik bandage en heeft al dagen niet gepoept, geslapen of gegeten, nogal logisch vindt u niet?!'”
Diezelfde avond belde ik de huisartsenpost, de arts belde mij terug en vertelde dat een kuurtje pas werd gegeven aan kindjes vanaf 6 maanden. Ik werd ontzettend boos. Omdat Lize de pech had om 6 weken voordat ze 6 maanden was een tekenbeet op te lopen kwam ze niet in aanmerking voor preventieve behandeling. ‘Is ze huilerig?’ vroeg de arts. ‘Ja mevrouw! Ze heeft veel pijn door de pavlik bandage en heeft al dagen niet gepoept, geslapen of gegeten, nogal logisch vindt u niet?!’
Ik drong aan op een preventieve kuur maar ik kwam niet verder bij deze arts. De nacht die volgde was wederom slapeloos… Was het niet door de spierpijn van de pavlik dan was het wel door de jeuk van de tekenbeet. Ik voelde me belazerd, eerst van onze roze wolk getrapt door de diagnose en de behandeling die was gestart en alsof dat nog niet genoeg was moest uitgerekend ons kleine meisje een tekenbeet oplopen, what’s next?
De volgende dag, dag 4 van de Pavlik had Lize eindelijk een grote boodschap in haar luier, wat was ik in eerste instantie opgelucht dat er weer een ‘iets’ in haar luier zat. Maar bij het zien van haar billetjes werd ik wederom verdrietig. Deze waren helemaal kapot door de spreidstand van de beentjes en het drukken. Bepanthen baby zalf bood hier wat verzachting, gelukkig altijd mee in de luiertas. De volgende dag keerden we huiswaarts. De temperatuur in het land zou de volgende dagen gaan oplopen. Omdat Lize altijd een broekje/legging aan moest omdat anders de gespen van de pavlik in haar beentjes zouden snijden bedachten we dat het thuis in Noord-Holland veel fijner voor haar zou zijn dan in het oosten des lands. Oost west… thuis best. Zeker voor een baby de eerste dagen in een spreidmiddel!
P.s. De antibiotica kuur voor de tekenbeet bleek toch nodig, er ontstond een rode kring op de plek op haar hoofdje 3 weken na de tekenbeet…
Binnenkort deel 4: helpt de pavlik wel voldoende?
Mama Marlies
Laatste berichten van Mama Marlies (toon alles)
- Mama Marlies: Lize is geboren met heupluxatie en heupdysplasie en daar kwam dan de operatie - 4 juli 2016
- Mama Marlies: Lize’s bandage hielp niet. De volgende optie was een operatie aan haar heup - 7 mei 2016
- Mama Marlies: De pavlik van Lize. De pijn, de groeven in haar beentjes. Al die slapeloze nachten - 5 mei 2016